Angst of kantelpunt?

De opstand van 19 april 2018 in Nicaragua, wordt het een kantelpunt in de geschiedenis van het land? Een kantelpunt, dat de tweedeling die het land al zovele decennia in haar greep houdt  kan doorbreken? Een sfeertekening op basis van berichten vandaag uit Nicaragua van vrienden en voormalige collega’s.

Is er een kans dat de greep die het Sandinisme op zovele sectoren in het land heeft, wordt aangetast en meer democratisering mogelijk wordt? Er heerst angst in het land, in vele sectoren.  Ook bij de Sandinistas die nog aan de partij gelieerd zijn. Voor hen staat toegeven aan de druk die de opstand teweegbracht, gelijk aan de macht uit handen geven aan de vijanden van de Sandinistische Revolutie ooit. Die allang geen revolutie meer is, maar het land op subtiele en minder subtiele wijzen al decennia lang in een ijzeren greep houdt.

Kan er hoop worden geput uit de kleine, ontkiemende nieuwe sociale bewegingen vanaf onderop, zoals de mensen in de wijken, de beweging van de ‘Autoconvocados’ en die van de ’19 de Abril’ die de vonk waren voor de opstand onlangs? Wie zijn het? Zijn het slechts wat jongeren die nog niets voorstellen op politiek gebied, geen leiders hebben waar we veel van kunnen verwachten? 
Mijn oog valt zojuist op de Volkskrant van 28 april, over Parijs, mei 68. “De leiders van de studenten waren onwaarschijnlijke figuren, voorlieden van splintergroeperingen die niemand leken te vertegenwoordigen”…

Maar er heerst angst in Nicaragua. Angst die weliswaar werd doorbroken op de 19e april en de dagen erop volgend. Zoals de angst nu ook wordt doorbroken door velen, waaronder bekende Sandinistas, die zich scherp uitspreken tegen de moordpartij op de jongeren en tegen de regering. Velen zijn niet meer aan de partij gelieerd. Velen spreken zich nu zeer kritisch uit. Individueel. 
Maar als groep lijken zij niet op te staan tegen Ortega. Omdat er geen alternatief is?

Er heerst angst. Zullen degenen die aanwezig zijn in De Dialoog, waartoe Ortega nu heeft opgeroepen, hun mond open doen? In al deze sectoren zijn vertegenwoordigers van het Frente Sandinista, de partij, sterk aanwezig. 
De bewegingen die aan de basis van de opstand stonden, de 19e de Abril, de Autoconvocados, ze zijn niet aanwezig in de Dialoog. Daar zijn vertegenwoordigers uitgenodigd van de bekende sectoren in Nicaragua: de katholieke kerk, de universitaire wereld, de ondernemers, de vrouwenbeweging en Sociedad civil (de bevolking).

Er heerst angst. Dagelijks wordt de bevolking geconfronteerd met de CLS (Consejo de Liderazgo Sandinista, het vroegere CDS) het oog en oor van de Sandinistische partij van Ortega die alle activiteiten in altijd al iedere straat in de gaten houdt, maar met name nu, en met name de jongeren die het nieuwe doelwit zijn geworden.

Ook de Alianza de Organizaciones Cooperantes, de organisatie van de weinige ontwikkelingswerkers die er nog zijn, spreekt zich kennelijk niet uit. 
Ook daar heerst angst. Als je als organisatie te zeer je mond open doet, dan kan dit het excuus zijn om jou het land uit te gooien.   
Zo ook is de situatie van de buitenlanders die al jaren in Nicaragua wonen. De meesten hebben niet de Nicaraguaanse nationaliteit. Als in hun land van oorsprong een dubbele nationaliteit niet is toegestaan, dan kiezen zij vaak voor hun geboorteland omdat het meer kansen en zekerheid biedt op vele gebieden zoals sociale voorzieningen, gezondheidszorg of anderszins. Er is veel verontwaardiging, maar ook hier heerst angst.

Gisteren was er een demonstratie ter ondersteuning van Ortega. Precies zoals in de tijd dat ik in Nicaragua werkte, werden alle beschikbare bussen ingezet om mensen te brengen naar de demonstratie. Instappen en meedoen is verplichte kost voor degenen die een baan hebben als ambtenaar of anderszins gelieerd aan de regering en partij, waaronder de burgemeesters, de mensen die op ministeries werken, artsen, docenten. Zo niet, dan riskeer je je baan. 
    Dit keer echter kwamen er veel minder mensen opdagen! Normaal zitten de mensen ‘tot op het dak’ en zijn er veel motoren in de stoet aanwezig. Nu waren de bussen veelal haast leeg. Het is een teken. Is het een kantelpunt? 
Wordt er gewacht tot anderen de kastanjes uit het vuur halen en valt men terug in moedeloosheid? Of zit er toch beweging in?

Het doet denken aan de angst van mensen die seksueel of ander misbruik hebben meegemaakt, in de katholieke kerk, de sportwereld en elders. De angst is zo groot, dat degenen die het meemaakten en degenen die het weten, hun mond dichthouden. Tot er een kantelpunt komt. Zoals met de #metoo beweging. De massa telt, het aantal mensen telt. Dat is de steun die individuen nodig hebben om op te staan en hun mond open te doen. Maar de tijd moet ook rijp zijn.

Ik ontvang een bericht vanochtend uit Nicaragua: “De mensen zijn wakker geworden en waren totaal verrast door de kracht die ze hadden”. Een kantelpunt? Of toch niet?

* Drs. Sylvia I. Saakes. Politicoloog (UvA). Werkzaam in Nicaragua van 1987 t/m 1993 voor twee Nicaraguaanse onderzoeksinstituten, het NL’se Ministerie van Buitenlandse Zaken, Novib, SNV en stedenband als deskundige ontwikkelingssamenwerking en genderonderzoek. Schrijfster van drie Spaanstalige boeken, waarvan twee met co-auteurs (‘La Mujer Nicaraguense en los anos 80’, ‘Mujeres en tiempo de guerra’ en ‘La investigación como medio para el empoderamiento de las mujeres’).*